Resultaat van een
goede verzorging
Foto uit
verzameling Piet van der Laken
Ervan uitgaande dat men al enige ervaring heeft
betreffende kaskultuur van cacteeen, zullen we even in vogelvlucht de
belangrijkste criteria de revue laten passeren. De onderstaande adviezen
gelden voor noordeuropese klimaat-omstandigheden.
De kasligging en glasstaat
In de maanden februari, maart, oktober en november moeten we zoveel
mogelijk profiteren van het zonlicht en is het schoonhouden van het glas
of de kunststof kasbedekking geen overbodige luxe. Een beweegbaar
energiescherm (b.v. een goedkoop handbediend rolgordijn) kan de
stookkosten aanzienlijk verlagen en kan op hete zomerse dagen dienen als
schaduwscherm om de temperatuur niet onnodig hoog te laten oplopen. Tussen
dit scherm en het glas kan als extra isolatie een glasheldere dunne folie
worden gespannen die blijft zitten van eind november tot half april. Dit
verbetert het kasklimaat en voorkomt een te grote kouval als het energie-scherm wordt geopend. Het is ook wenselijk om de vloer goed te isoleren om
kou en vooral vocht tegen te houden. De kas moet minimaal 5 uren zonlicht
per dag kunnen ontvangen en bij voorkeur de ochtendzon.
De verwarming
Elke verwarming is geschikt mits de gebruikte apparaten een
rookgasafvoer bezitten. Laat u niet misleiden door z.g. 100%-ige
verbranding van toestellen zonder afvoer. Hiermee is al veel schade
veroorzaakt die dikwijls pas in het voorjaar zichtbaar wordt. Een vol- of
halfautomatische temperatuur regeling is niet alleen gemakkelijk maar
werkt ook energiebesparend, de interval van de thermostaat mag maximaal
0,5oC zijn. De benodigde capaciteit van de verwarming kan gemakkelijk zelf
worden bepaald als volgt:
Kcal/h = oppervlakte glas x 6 (transmissiegetal voor glas) x
temperatuuroverbrugging in oC.
Waarbij we in Nederland rekening moeten houden met 20oC vorst en toch een
temperatuur van 15oC moeten kunnen handhaven, moet er een
overbruggingstemperatuur van 35oC kunnen worden gehandhaafd.
Bodemverwarming voor Discocactussen op eigen wortel is een must, waarbij
we ongeveer een temperatuur van 18oC aan houden. Ge-ente
Discocactussen hebben geen bodemverwarming nodig. Het nadeel
van bodemverwarming is dat nematoden (aaltjes) zich in de winter sterk
kunnen uitbreiden. Een goede alarmering voor het bewaken van de
temperatuur is nodig en dient onafhankelijk van het stroomnet te werken
(batterijen).
Luchten
In een relatief kleine kas is het moeilijk om het klimaat enigzins stabiel
te houden, zeker in het voorjaar met wisselende bewolking. Luchten is
noodzakelijk om extreem hoge temperaturen (meer dan 35oC) te voorkomen.
Ideaal is een volautomatische luchting waarbij de ramen afwindig,
modulerend worden gelucht. Er zijn goede systemen in de handel, maar er
hangt een hoge prijs aan. Handige hobbyisten kunnen met relatief
goedkope middelen een aardig werkend systeem in elkaar zetten. Hoe dan
ook, uw planten vragen niet of u het kunt betalen, maar reageren wel op
hun toleranties wat betreft temperatuur en tocht. En juist dat laatste is
voor de meeste soorten funest. Veel kasbezitters weten niet wat het
verschil is tussen luchtbeweging en tocht. Luchtbeweging in de kas is zeer
nuttig. Het betreft hier alleen kaslucht die in beweging is zonder dat
lucht van buiten wordt toegevoegd. Tocht is luchtbeweging van veelal
buitenlucht met andere fysieke eigenschappen, als temperatuur en
luchtvochtigheid, dan de binnenlucht. Dit is iets dat op de standplaats
nooit voorkomt en er is geen plant die tocht op den duur verdraagt.
Naarmate het temperatuursverschil van binnen en buiten groter is, is het
risico van tocht groter. Daarom is zorgvuldig luchten, vooral in het
voorjaar, van groot belang.
Licht en luchtvochtigheid
Licht is een factor die we in tegenstelling tot alle andere factoren niet
in de hand hebben. We moeten genoegen nemen met wat de zon ons op 't
noordelijk halfrond toebedeelt. Een kunstmatige assimilatiebelichting kan
in de lichtarme maanden 'n beetje gunstige invloed hebben, maar het
resultaat is voor onze lichtminnende planten te verwaarlozen. Veel licht
betekent niet alleen een zware dichte bedoorning maar de fysieke toestand
van de plant wordt stabieler deze is daardoor minder vatbaar voor ziekten
en plagen. Onze lichtarme maanden december, januari en februari gebruiken
we dan ook om de planten rust tegeven door de groei in oktober tot
stilstand te brengen. De luchtvochtigheid is een factor die gemakkelijk te
regelen is, er kan voor onze doeleinden worden volstaan met het nat houden
van de vloer gedurende het voorjaar. In de rustperiode is een lage
luchtvochtigheid wenselijk, deze ontstaat al vanzelf omdat we een hogere
ruimte-temperatuur van ca. 15oC aanhouden.
|